Toelichting op hoofdlijnen

Onroerendezaakbelastingen

De onroerendezaakbelastingen (OZB) zijn algemene heffingen over het op 1 januari van het belastingjaar in eigendom en / of gebruik hebben van onroerende zaken in de gemeente. De opbrengst is bestemd voor de algemene middelen. De werkelijke opbrengst over 2020 is ongeveer 1% lager dan de raming. Dit heeft voornamelijk betrekking op de OZB niet-woningen gebruiker. Onder meer vanwege leegstand .

Woonforensenbelasting

De woonforensenbelasting wordt geheven voor het ter beschikking houden van woonruimte voor tenminste 90 dagen door personen die niet in de Basisregistratie personen staan ingeschreven. Het betreft hier over het algemeen recreatieparken/tuinhuisjes. De werkelijke opbrengst is conform de raming.

Hondenbelasting

De werkelijke opbrengst hondenbelasting is in lijn met de raming 2020.

Precariobelasting

Precariobelasting wordt geheven voor het hebben of houden van zaken op, boven of onder gemeentegrond. Vanaf 1 juli 2016 is precariobelasting opgelegd aan nutsbedrijven voor kabels en leidingen. Vanaf 1 juli 2017 is nieuwe wetgeving van kracht. Vanaf die datum mag geen precariobelasting meer worden geheven op kabels en leidingen van nutsbedrijven. Voor bepaalde situaties is een uitzondering gemaakt, waardoor een aantal gemeenten, waaronder Uithoorn, nog tot en met 2021 precariobelasting mag heffen. Er liepen diverse beroepszaken bij de rechtbank waardoor er onzekerheid was ten aanzien van de reeds ingeboekte inkomsten vanaf 2017, jaarlijks € 1,5 miljoen. In maart 2020 hebben wij bericht ontvangen dat de beroepen allemaal zijn ingetrokken, waardoor het risico kan komen te vervallen. De aanslagen over het jaar 2020 zijn zoals gebruikelijk na afloop van het jaar opgelegd. In deze jaarrekening hebben we deze inkomsten volledig verantwoord.

Toeristenbelasting

De toeristenbelasting 2020 wordt na afloop van het jaar opgelegd. We hebben de raming 2020 met 75% naar beneden bijgesteld als gevolg van Corona (van 53K naar 13K). Vanuit het Rijk is hier een coronavergoeding voor verstrekt. Over 2019 is minder (9K) opgelegd dan begroot. Aangezien 2019 in 2020 is opgelegd is dit verantwoord in 2020.

Afvalstoffenheffing

De afvalstoffenheffing dient ter bestrijding van de kosten van het inzamelen en verwerken van het huishoudelijk afval. De afvalstoffenheffing is een vast bedrag per woning onafhankelijk van de grootte van het huishouden. Uit de afvalstoffenheffing ontving de gemeente € 109.800 minder dan geraamd. Voornamelijk veroorzaakt vanwege leegstand. In de 2e TURAP 2020 is gemeld dat er vanwege Corona voor afgerond € 200.000 aan meerkosten afval te verwachten was. Op basis van de jaarrekening blijkt dat dit bijna € 350.000 is. Overigens is dit bedrag de best mogelijke inschatting omdat het aanbod van het afval als gevolg van Corona niet te registreren valt. Op basis van alle uitgaven en inkomsten binnen het product afval uit de jaarrekening 2020 komt een bedrag van afgerond € 150.000 ten laste van het rekeningsresultaat aangezien de reserve reiniging niet meer toereikend is. Het Rijk heeft in december 2020 een aanvullend compensatiepakket als gevolg van Corona in het vooruitzicht gesteld. Voor de extra kosten in 2020 van afvalinzameling is op macroniveau een bedrag van € 32 miljoen beschikbaar. Over de verwerking van deze afspraken in de verdeling van het gemeentefonds worden gemeenten in de loop van 2021 geïnformeerd.

Rioolheffing

De rioolheffing dient ter dekking van de kosten van het onderhoud, het beheer en de instandhouding van het gemeentelijk rioolstelsel. Het is een gebruikersheffing, waarbij voor gebruikers met een waterverbruik tot en met 500m3 een forfaitair tarief (vooraf bepaald bedrag) geldt. Op basis van de jaarrekening 2020 is er een afwijking in de realisatie ten opzichte van de raming van de rioolheffing van € -110.537. Op basis van alle uitgaven en inkomsten binnen het product riolering uit de jaarrekening 2020 wordt er een bedrag van € 298.530 toegevoegd aan de reserve riolering.

Rechten omgevingsvergunningen

De werkelijke rechten omgevingsvergunning zijn hoger dan geraamd. Dit komt omdat de vergunningaanvragen voor een nieuwbouwproject -die in 2021 werden verwacht- al in 2020 zijn aangevraagd en verleend. De leges zijn daarom in 2020 geïnd in plaats van in 2021. Op basis van de actuele woningbouwprognose wordt bekeken of de raming in 2021 en verder moet worden bijgesteld.

Algemene rechten

De werkelijke opbrengst algemene rechten is hoger vanwege voornamelijk meer inkomsten voor kabels en leidingen. Dit komt doordat er vanwege economische ontwikkelingen meer vergunningen voor kabels en leidingen zijn aangevraagd door nutsbedrijven.

Grafrechten

De werkelijke opbrengst grafrechten is in lijn met de raming 2020. Hierbij dient te worden opgemerkt dat er bij de 1e TURAP 2020 en slotwijziging 2020 een aframing heeft plaatsgevonden.

Marktgelden

De werkelijke opbrengst marktgelden is lager dan de raming. Dit is vanwege minder in gebruik genomen strekkende meter standplaats op het marktterrein.

Stel uw document zelf samen

SELECTIE

0 - geselecteerd

Direct downloaden


Volledige pdf